The smiling coast of Africa

Een weekendje Bansang

Ik noemde dit weekend voor de grap een innoverend weekend. Dat deed ik omdat ik het verschrikkelijk vind als mensen iets ‘innoverend' vinden. Ik zie dan zo'n praktisch gezinnetje voor me die een middagje is wezen zwemmen in een degelijk zwembad. En dat moeders dan roept dat ze het een innoverende middag vond, terwijl ze haar vlecht naar achter gooit en de klittenband van haar sandalen handig dichtplakt. Ik kan me voorstellen dat niet iedereen zulke connecties heeft met het woord ‘innoverend', maar desondanks zou ik dit weekend toch liever willen omschrijven als ‘leuk'. Gewoon om misverstanden te voorkomen.

Donderdag hing ik meerdere keren boven het toilet om mijn lichaam te ontdoen van mijn maaginhoudelijkheden, omdat ik schijnbaar iets verkeerds had gegeten. Toch wilde ik het tripje naar Bansang niet missen, dus ik stapte vrijdagochtend vol goede moed in een overvolle taxibus. Ik was gezegend met een plekje bij het raam, maar moest mijn stoel helaas wel delen met de moeder van een kwijlende tweeling. Het duurde dan ook niet lang tot ik een klodder kwijl langs mijn kuit voelde druipen. In mijn gedachten scande ik snel de gezondheidsencyclopedie, op zoek naar ziektes die overgedragen kunnen worden door middel van speeksel-op-been-contact. Ik kon geen enkele ziekte verzinnen, dus ik besloot verder geen maatregelen te treffen. We hebben weer hard kunnen lachen om de bizarre omstandigheden en ik heb genoten van het mooie uitzicht. Acht uur later kwamen we aan in Bansang. Ja, je leest het goed. Ik heb acht uur lang naast een kwijlend object gezeten, terwijl ik ziek was en maar een halve stoel tot mijn beschikking had. Maar Bansang was mooi; heuvelachtig, groen, warm, stoffig, druk en arm. Dus na regen kwam zonneschijn.

's Avonds heeft Amadou ons voorgesteld aan zijn familie. Hij heeft echt een enorme familie. Ze wonen met zijn allen bij elkaar en sommigen slapen nog in hutjes van klei en stro. De moeder van Amadou had voor ons gekookt. We aten rijst met groenten, vis, kip en saus. Ik heb de dierlijke bijproducten subtiel terug kunnen moffelen in de pan, dus daar heb ik mezelf weer goed uit weten te redden.

De volgende dag hebben we een heuvel beklommen en een volleybalwedstrijd gespeeld tegen de studenten van een lokale school. Tussen alle activiteiten door heb ik een marktje bezocht met Sally, in de rivier gezwommen, van een stijger afgedoken en als klap op de vuurpijl heeft het neefje van Amadou mij de liefde verklaard, terwijl ik nietsvermoedend mijn mango's stond af te rekenen. Wij zijn allen getraind in het afwimpelen van stille aanbidders, dus dat was verder niet heel spectaculair. Ik vertelde het alleen om deze alinea tot een mooi einde te brengen.

Tot slot wil ik nog even aandacht besteden aan het tweede avondmaal. We werden weer uitgenodigd door de familie en zij verasten ons met een briljant gerecht. Gelukkig is het hier niet vreemd om vegetarisch te zijn, dus het broodje geit werd mij bespaard. In plaats daarvan kreeg ik een stokbroodje met mayonaise, spaghetti en naturelchips. Ja, je leest het goed. Een stokbroodje met mayonaise, spaghetti en naturelchips. Ik vond het culinair onverantwoord, maar het smaakte tot mijn grote verbazing prima. Ik mag jullie namens de rest mededelen dat het broodje geit ook geen tegenvaller was.

De terugweg verliep stukken beter dan de heenweg. We verkozen een personenauto met chauffeur boven een gammele boemelbus en dat is absoluut een uitstekende keuze geweest. Eerst reden we naar JanjangBureh, een eilandje die vroeger als opslagplaats voor slaven diende. Diep van binnen prefereerden we het bezichtigen van de zonsopgang boven het bezichtigen van een museum, dus we volgden ons hart. Na de zonsopgang namen we een veerpondje naar de overkant. Daarna vervolgden we onze rit naar Barra. Onderweg kwamen we langs mooie gebieden en dorpjes, het was een leuk ritje. In Barra moesten we de oversteek naar Banjul maken. Amadou wilde graag met die veerpond, omdat dat volgens hem veiliger was. Wij wilden liever met kleine kanobootjes naar de overkant, omdat dat leuker is. Natuurlijk kregen wij gelijk en dat was maar goed ook. Ik sprong op de nek van een jongen en deze bracht mij veilig naar de boot, zodat ik geen natte voeten kreeg. Deze jongens verdienen hun geld met deze vorm van arbeid, dus ik heb hem verblijd met een zakcentje. De boot werd volgeladen en we gingen op volle kracht vooruit. Het was mogelijk om dolfijnen te spotten, maar dat werd ons helaas niet gegund.

Voor de visuele ondersteuning verwijs ik je door naar het fotoalbum.

Liefs

Reacties

Reacties

Joris

Haha die intro, tering fijn.

Remco

haha!!

Mijn vuistje is te klein voor de lach !!

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!