The smiling coast of Africa

Kunteh Kinta

Ik ben principieel tegen het opsommen van gebeurtenissen, maar desondanks voel ik toch de behoefte om dit weekend chronologisch te omschrijven. Jullie begrijpen dat ik dus dagenlang heb getwijfeld over de opzet van dit verhaal, maar op deze mooie zomeravond heb ik een beslissing kunnen maken: het wordt een chronologisch verhaal.

Mr. Darbou, de directeur van de Jeddah Lower Basic School, nodigde ons uit voor een feest. Na een aantal slaapverwekkende ervaringen met Gambiaanse feesten, werd ik abrupt wantrouwig. Ergens in mijn opvoeding ben ik gaan geloven in het fabeltje dat Afrikanen uitbundige feestvierders zijn, maar ervaring leert mij dat ik dat destijds absoluut verkeerd heb begrepen. Zodra er ergens een feestje georganiseerd wordt ter ere van iets, moet je wegrennen. Andersoortige feesten moet je met twee handen aangrijpen, schijnt.

Klokslag tien uur stonden we paraat, zoals afgesproken. Achteraf gezien was dat ietwat overmoedig, want we werden natuurlijk pas een uur later opgehaald. Geen probleem, want het zonnetje scheen al lekker en er is hier altijd wel iemand met wie je een praatje kan maken. Per Jeep werden we naar het compound van mr. Darbou gebracht en daar hebben we een tijdje rondgehangen. Op zo'n compound leeft een hele familie samen, dus het is er erg gezellig. Er werd voor ons gekookt en we hebben gekletst met de familie. Mr. Darbou is geboren en getogen in een dorpje in het Noorden, dus daar zouden we dit weekend gaan overnachten.

Aan het einde van de middag arriveerden we bij de haven in Banjul. Ik keek mijn ogen uit en hield mijn neus dicht. We zouden met een boot naar de overkant reizen en het romantische beeld dat ik daarbij had voorgesteld bleek absoluut niet te kloppen. Het was een roestige veerpond die in Nederland ongetwijfeld zou zijn afgekeurd. Toen de hekken opengingen begonnen er duizenden mensen de boot op te rennen, terwijl de auto's er rokend en toeterend tussendoor reden. Ik moet eerlijk bekennen dat ik me enkele seconden heb ingebeeld dat ik op een boot naar een concentratiekamp stapte. Er werd geschreeuwd, getoeterd, geduwd en getrokken, vandaar. Zei ik dit hardop?

Deze boot was niet van het tempoteam, dus tegen de tijd dat we de Northbank bereikten was het donker. We werden de boot afgejaagd en belanden met z'n allen in een taxibusje die mij de moed in de schoenen liet zakken. En dat was volkomen terecht. Want niet veel later begaf de motor het. Hij maakte al verschrikkelijk veel kabaal, dus het verbaasde me niks. Langzaam kwamen we tot stilstand in de donkere nacht, want in die regio kennen ze namelijk geen elektriciteit. De chauffeur tilde zijn stoel uit de bus en daaronder bleek een motor te zitten, het werd angstaanjagend heet in het busje en ik zag geen hand voor ogen. Ik ben vergeten waarom ik het grappig vond, maar ik weet nog dat ik genoot van het spektakel. Twee mannen wilden de bus voor ons aanduwen en na een hoop gepruttel begon de motor weer te functioneren. Wat boffen wij toch.

We belandden in een klein dorpje die me deed denken aan ‘Groeten uit de Rimboe'. De mensen waren niet geschminkt met modder en de hutjes waren niet van stront, maar voor de rest had het veel overeenkomsten. De inwoners zagen niet vaak een blanke en voor sommige kinderen was dit de eerste ontmoeting met tubabs. Dus binnen een half uur was het compound volgestroomd met nieuwsgierige dorpsbewoners die ons graag gedag wilden zeggen.

Lotte heeft soms de neiging om uit het niets te gaan klappen. Ook deze avond kon ze het niet laten om haar handen uit het niets een paar keer tegen elkaar te slaan, maar daar was ik deze keer erg blij mee. Het dorp begon namelijk enthousiast mee te klappen en spontaan ontstond er muziek. Emmers dienden als trommels en de verschillende ritmes maakten er een liedje van. Vrouwen en kinderen begonnen te dansen alsof hun leven er vanaf hing, dus ik heb mijn heupen ook maar los proberen te gooien. Na een tijdje werd alles plotseling gestaakt en rende iedereen gillend naar de weg. We besloten de groep maar te volgen, want zo te zien stond er iets spannends te gebeuren. En ja, ik keek mijn ogen uit. In het pikkedonker kwam daar opeens een vrachtwagen aanrijden die als rijdende discotheek functioneerde. De laadbak was gevuld met een band en aan de spijlen hingen grote boxen. We hebben met het hele dorp om die vrachtwagen staan dansen en zingen, ik heb nog nooit zoiets gaafs gezien, het was echt geweldig.

We sliepen die nacht in een huisje van steen, ijzeren platen en hout. Het was best mooi, maar het interieur maakte het iets minder aangenaam. De bedden leken prima, dus ik liet me tevreden op het bed vallen. Ik lande op een harde plank met een paar plukjes stro, dus de eerste reumaklachten waren een feit. Als ik me niet bewoog, viel het reuze mee met de pijn. Maar helaas begon het stelletje naast mij te gillen als een malle, omdat er gigantische spinnen in hun kamer zaten. Ik hoef jullie vast niet te vertellen dat niemand deze nacht lekker geslapen had.

De dag van het grote feest brak aan. De gouverneur van de president zal het dorp komen bezoeken, ter ere van de onafhankelijkheid. Ik snapte er geen reet van en ik wist stiekem ook niet wat een gouverneur was, maar ik heb mijn beste beentje voor gezet. Het hele leger was aanwezig en alle soldaten marcheerden samen met een tiental politieagenten rondjes op het veld. Meneer de gouverneur werd als een machtige man behandeld, hij bleek onder de president te staan. Hij heeft twee uur staan preken over koetjes en kalfjes en ik ben heel onbeschoft in slaap gevallen.

Op een of ander manier vond mr. Darbou het nodig om ons de gouverneur te laten ontmoeten en verbazingwekkend genoeg ging de hoge raad daarmee akkoord. Ik heb welgeteld drie minuten de zweethand van de gouverneur van The Gambia mogen vasthouden, terwijl hij predikte dat hij het fantastisch vond om ons te ontmoeten. Ik heb hem maar niet verteld dat ik eigenlijk een statusloze niksnut uit Nederland ben.

We maakten aan het eind van de middag dezelfde lange reis terug naar huis. We moesten rennen voor de boot, maar we konden er nog net op. Dat betekend niet dat we nog net op tijd waren voor de laatste plaatsen. Nee, dat betekend dat we met geweld op het achterdek geduwd werden en de rest van de rit op het randje mochten staan. Ik baalde enigszins dat er geen hek was, want de kans om van de boot te vallen was best groot. Ik heb er een foto van proberen te maken, maar dit was geen succes omdat ik geen ruimte had om te bewegen. Ik zal de foto toch uploaden, aanschouw.

Dit was absoluut een weekend om nooit te vergeten, mooie ervaring!

Liefs,

Isatou Jallow

Reacties

Reacties

Nienke

Toe maar weer.. De gouverneur ontmoeten.
Straks word je nog de koningin daar! :)

Kusjes

Tanja

Jo! wat ben ik blij dat je toch alles beschrijft wat je uitspookt daar, want twas wel erg lang stil voor jou doen! Klinkt allemaal weer super, tof dat ze jullie echt die plekken laten zien en de locale dingen meepikken! Ben je binnenkort nog op skype? check je mail liefie! xx tan

Remco

Kijk aan, ontmoet ze zomaar even de gouveneur! Je had kunnen zeggen dat ik je aaaltijd prinses noem..

Wat een heerlijk verhaal zeg, prachtig om te lezen. Kan niet wachten om er naar toe te gaan :D

Ik zou zeggen, blijven klappen (klapje maken) en tot over 34dagen haha!

Love u

mam

hé Joodje,
jeemig, het is maar goed dat ik alles niet weet!!!!!!!!! (dit hoor ik als moeder natuurlijk te zeggen) maar dat doe ik niet, komt wel goed met jou daar.
Maar ik ben wel blij met jou spannende verhaal, sms is natuurlijk leuk maar jou verhalen kunnen daar niet tegen op.
De volgende keer niet zolang meer wachten hoor.
Hopelijk zien we je snel weer op skipe.
Dikke kus mama

fenny

hee jody

wat een schitterend verhaal weer,zo zie je maar weer wat een luxe wij hebben.

nog veel plezier . liefs fenny

pa.

De Mandinka (ook wel Mandinga of Mandingo genoemd) zijn een volk uit West-Afrika. De gelijknamige taal is verwant aan het Bambara.

In West-Afrika wonen momenteel ruim 1 miljoen Mandinka. Deze leven vooral verspreid over landen als Gambia, Senegal en Guinee-Bissau. Ook leven er Mandinkas in Mali, Sierra Leone, Guinee, Liberia en Ivoorkust.

In Gambia zijn de Mandinka de grootste bevolkingsgroep. Van de bevolking van Gambia spreekt 45% Mandinka als moedertaal en 25% spreekt het als tweede taal. Het Mandinka is samen met het Bambara de bekendste van de Mandétalen, een subfamilie van de Niger-Congo taalfamilie.

Hetty Veltman.

Hallo Jody. Wat weer een mooi verhaal. Je hebt al heel wat beleefd in die paar weken dat de daar bent.Het is wel een heel ander leven dan bij ons hier.Wat spannend dat je de Gouvenuer hebt ontmoet, en dan zo'n klef handje vast houden. brrrrr. Nu Jody geniet nog maar lekker, de tijd is zo weer om. Groetjes Hetty

Diny

Prachtig verhaal, leuk om het weer even te lezen, begon het al te missen!

Avalon

Lieve lieve jody,
Je maakt me toch weer jaloers. Hoe geweldig zou het zijn als je hier in Nederland uit het niets begint te klappen en dat dan zoiets fantastisch plaatsvindt als er bij jou gebeurd! Wauw, wat had ik dat graag mee willen maken. Ik vind dat vele malen meer bijzonder dan de gouverneur de hand schudden.
Wel leuk om het dan weer op te schrijven zodat je toch nog wat hebt gehad aan de dictees die we vroeger kregen om dit soort woorden dus te kunnen schrijven: gouverneur, het blijft moeilijk.

Maakt vooral nog meer van dit soort mooie dingen mee want het is prachtig!

Diny

We zijn net terug van een spannende tocht met de ezels (samen met jouw pa en ma) Ook hier maken we dus spanende dingen mee! Ik zal proberen wat foto's op je FB te zetten!

Bernadet

Hee Jo, net even je verhalen weer gelezen. Wat een mooi verhaal weer! Net heerlijk met je familie chinees gegeten! Vond het erg leuk je even gezien te hebben op skype! Meid, blijf genieten! Lieve knuffel uit Balkbrug! xx

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!